Pamela Kribbe channelt Jeshua
Lieve mensen,
Ik ben Jeshua, jullie broer en gelijkgestemde. Ik ben hier in het midden van jullie cirkel. Ik kijk je aan en ben met jou. Je bent niet alleen.
Als je in deze wereld opgroeit, raak je verstrikt in de uiterlijke werkelijkheid. Je krijgt te maken met allerlei energieën om je heen: eerst die van je ouders, daarna die van je familie, je school en je leeftijdgenoten. Er komt heel veel van buiten op je af, en dat op een leeftijd dat je nog heel ontvankelijk bent. Terwijl je als kind nog in nauw contact staat met je ziel, met een natuurlijke stroom, wordt dat geleidelijk overspoeld door invloeden van de wereld om je heen. Vaak raak je dan de verbinding, het contact met je eigen stroom, je eigen levende ik, je inspiratie, enigszins kwijt. Je gaat je dan verdwaald voelen in deze wereld, in dit leven. Het voelt dan alsof je hier niet helemaal thuis hoort. Tegelijk voel je je ook niet meer helemaal thuis bij jezelf. Je wordt een gespleten wezen: aan de ene kant probeer je je aan te passen aan de mensen om je heen, aan de eisen en verwachtingen van de samenleving, en aan de andere kant zoek je je innerlijke, unieke pad, je eigen stem, je innerlijk weten.
Het probleem is dat je innerlijk weten je altijd wegvoert van de wereld, van wat als normaal wordt beschouwd. Je innerlijk weten leidt je weg van aanpassing en dwang, van meedoen omdat het moet, omdat het hoort. Naar je innerlijke kern luisteren wil altijd zeggen: afstand doen van stemmen van buitenaf die je op een bepaalde manier willen dwingen om te voldoen aan iets buiten jezelf. Daarom vergt het grote moed om terug te keren naar de stroom van je ziel, naar degene die je van nature bent. Je komt hier iets nieuws brengen: dat past niet in het oude, het overgeleverde, de verwachtingspatronen van de traditie. Dit nieuwe kun je alleen ontdekken door weer terug te komen, thuis te komen bij jezelf.
Waarom is dat zo moeilijk? Waarom voel je de dwang om je aan te passen, mee te doen? Er is angst in jullie: angst om jezelf te zijn, angst om anders te zijn, je los te maken van wat hoort, van wat moet. Channeling – het contact maken met je innerlijk kanaal en daarmee ook met je ziel, je hogere Zelf, je gidsen, met wat zich ook maar aandient – vraagt altijd om het aankijken van angsten in jezelf: vooral de angst om jezelf te mogen zijn, de stroom van je ziel te volgen. Als je hier op Aarde opgroeit, wordt eigenlijk van je gevraagd om tegen je natuur in te gaan. De spontaniteit – de spontaniteit die in je hart leeft – wordt beteugeld, aan banden gelegd.
Ik vraag je om nu contact te maken met die spontaniteit in je hart, met die innerlijke kern die vrij is van angst, die vrij is. Zak eens met je bewustzijn in het gebied van je hart. Daar ben je een goddelijk wezen, verbonden met de eenheid, zonder grenzen in ruimte en tijd; je kunt scheppen wat je wilt. In deze sfeer van je hart is liefde. Voel die goddelijke kern in jezelf die onverwoestbaar is, voel die in het centrum van je hart. Hier zit het hoogste wat je te geven hebt, wat je te delen hebt met deze wereld. Het is een vernieuwende stroom. Die breekt het oude open. Er komt licht uit jou. Stel je voor dat dit licht uit je hart naar je armen stroomt en naar je handen. Sta het toe naar buiten te stromen. Het is een natuurlijke stroom. Die is er al. Je kunt hem tegenhouden door je angsten en aanpassingsdwang, maar de stroom zelf is er toch. Je kunt hem niet ontkennen. Je bent een goddelijk wezen. Je bestaat uit liefde. Stel je nu voor dat dit licht uit de kern van je hart naar je buik en je benen toestroomt. Het straalt van binnenuit door je buik heen, door je benen heen de Aarde in. Voel hoe de Aarde jou verwelkomt. Jouw licht is welkom hier, meer dan welkom. Jij brengt verandering met je mee.
Kijk nu eens naar de angstige delen in jezelf, die dat bewust of onbewust willen tegenhouden. Herinner je wat ik zei: dat je in het begin van je leven nog contact had met je innerlijke stroom, je natuurlijke zelf, en dat je geleidelijk je steeds meer ging aanpassen om erbij te horen, om goedkeuring te krijgen. Voel eens waar je angsten zitten. Kijk eens naar je eigen energieveld of naar je eigen lichaam, of voel het eenvoudig. Waar voel je verkramping of spanning of zie je een donkere plek? Adem daar zachtjes naar toe. Je angst is heel menselijk. Angst is een motor die van alles in gang zet: allerlei verdedigingsmechanismen en ook het je verbergen achter maskers; jezelf saboteren, negatieve of destructieve gedachten of gedrag. Angst noodzaakt de menselijke persoonlijkheid ertoe om uitwegen te vinden. Die uitwegen zijn vaak zelf ook destructief, maar een tijd lang de enige manier om je staande te houden. Dus veroordeel niet de negatieve gedachten of mechanismen die in jou zitten. Ze zijn een reactie op angst die in zekere zin doodsangst is.
Als kind ben je kwetsbaar en ontvankelijk voor je omgeving. Je bent ook onwetend. Hoewel je ziel wetend is, ben jij als kwetsbaar kind en opgroeiend mens bezig om je emotioneel staande te houden, de dans aan te gaan met de aardse werkelijkheid. Dit is zwaar, beslist niet licht. Heb daarom respect en erbarmen voor je eigen manieren van overleven, ook al zijn die destructief gebleken. Sluit vrede met je eigen manieren om met angst om te gaan. Vaak is het zo dat je bepaalde strategieën hebt ontwikkeld om je angst minder te voelen; daardoor onderdruk je je angst. Angst is vaak te bedreigend om helemaal te voelen; daarom verzin je een manier om daarvan weg te blijven, een soort afleiding te vinden. Maar de angst zit er wel!
Ik vraag je om daar nu contact mee te maken: met de angst als energie; heb er verder geen enkel oordeel over. Kijk of je die angst een vorm kunt geven, een kleur, een gedaante, of een gestalte. Herinner je je licht, het licht in je hart en zend dat naar die gestalte of naar de plek in je lichaam waar je spanning voelt. Probeer eens om diepe compassie te voelen met dat deel van jou dat in je leven zo veel problemen veroorzaakt in de vorm van negatieve gedachten, gewoonten, patronen. Dit deel heeft compassie nodig. Het is het deel van jou dat helemaal in de war is geraakt door de invloeden van deze realiteit. Veroordeel jezelf niet. Oordelen is niet iets van de ziel of van God. God is immers liefde.
Vraag dan aan het angstige deel van jou: “Wat kan ik voor je doen?” “Hoe kan ik het beste voor je zorgen?”. Voel hoe alleen al het stellen van deze vraag een bepaalde verzachting brengt. Je zegt tegen de angst: “Je bent niet slecht of verkeerd. Kom maar bij me”. Dit is waar jullie werkelijk naar verlangen in je leven: je niet meer verzetten tegen jezelf en alles wat je ‘fout’ doet, maar werkelijk met een teder oog kijken naar al die problematische, geblokkeerde delen in jou, die totaal in de war zijn geraakt door de hardheid van deze realiteit, door de ontkenning van liefde en eenheid. Het is werkelijk heel moedig van jullie dat je daar in gesprongen bent! Voel respect voor jezelf. Vraag daarom aan het angstige deel van jou: “Wat kan ik voor je doen?”. “Wat heb je nodig?”.
Geef nu dat deel van jou wat het nodig heeft! Geef het als een energetisch cadeautje zogezegd. Heeft het ontspanning nodig, vertrouwen of juist beslistheid, daadkracht? Geef het dan. Geef het, wat het ook mag zijn. Daarmee sla je een brug tussen jouw lichte zelf – jouw kern van licht en wijsheid – en het donkerste deel van jou dat bang is en verward. Zolang die brug er is, is er vrede in jezelf. Ik groet je, en ben verbonden met jullie allen.
© Pamela kribbe
Tekstredactie: Ben van den Broek
Lieve Pamela en lieve Jeshua !
Dankjewel !